Je moet weten wat je praat

De Haagse politie valt voor dag en dauw binnen in elf huizen om daar jeugdige (17-21 jaar) criminelen uit te halen.
Met 200 agenten.
Is dat niet overdreven, vraagt Lara Rense aan criminoloog Henk Ferwerda.

Nee.
Om te voorkomen dat de boeven elkaar waarschuwen moeten de invallen precies tegelijk plaats vinden.
Voordeur bewaakt, achterdeur bewaakt.
Arrestatieteam voor de aanhouding.
Bovendien het risico dat de verdachten vuurwapengevaarlijk zijn en dat de omgeving zich ermee bemoeit.

Ferwerda spreekt wijze woorden maar wat vooral beklijft zijn de reportages van Roel Pauw.
Eerst in de ochtend wanneer hij meegaat met de politie.
Maar vooral later, wanneer hij napraat met de broer van 1 van de elf jeugdige criminelen.

Onzin vindt die het.
Want: “Inbreken is een hobby.”
En: als je geen werk hebt, ga je inbreken.
Wat mogelijk dezelfde jongeman zegt, mogelijk een andere (stemmen kan ik niet goed onderscheiden).

Wie ik wel hoor is de oom.
Al bijna 40 jaar is hij in Nederland.
Hij zegt: “Zestien miljoen mensen haten jou nu. Je moet weten wat je praat.”

Al direct bij het eerste bericht wordt verteld: de elf criminelen zijn allochtonen.
Van ‘komaf’ neem ik aan.
Maar door ze zo aan te duiden doen we dus niet meer lief links multi-culti maar benoemen we het tuig gewoon zoals het is.
Wie dat eerder miste hoort het ook aan de stem van de idioot die inbreken een hobby noemt.

Met dit soort mensen heb je geen Wilders meer nodig om ze collectief op de boot naar Marokko te willen zetten.
Nou ja, dat gaat misschien wat snel.
Maar ze maken het niet makkelijk om vol compassie te gaan nadenken over hoe de hobbyende inbreker weer op het rechte pad te krijgen begeleid door jongerenwerkers en de reklassering en nóg een hoop mensen die allemaal het beste met hém voorhebben.